Select Page

Zondagavond; ik loop me het schompers, maar ik wil mijn gewicht naar beneden en anders zit ik toch alleen maar in het appartement, dus ik ga wandelen op de boulevard.

Verderop is er een opstootje, er staat een man op te scheppen over de vis die hij zojuist heeft gevangen.

Grappig hier vissen ze s-avonds, bij ons s-morgens, dus ik blijf even staan. Ik raak in gesprek met de mensen eromheen, bijna allemaal mannen waarvan de vrouwen nog op het terras zitten ad overkant van de straat. Ik leer snel een heleboel, moet groter zijn dan, anders moet je teruggooien en blah blah blah. Ik heb een hekel aan vissen, maar zo kan ik weer mijn frans oefenen, als ik niet uitkijk, klets ik soms hele dagen niet.

Een voor een worden de heren opgehaald en opeens sta ik in mijn eentje te kletsen als er een mevrouw van de overkant zich bij ons aansluit. Ze is flink agressief en maakt duidelijk dat ze veel competenter is dan ik, opmerkingen zoals: ohh lekker zo een visje, die kun je met mayonaise klaarmaken of op de grill, je kunt m toch niet alleen opeten, maakt mij duidelijk dat ik een povere competitie blijk.

Erger nog, ik heb helemaal geen interesse en zij wel, dus: “Au revoir monsieur, bon pêche” en ik loop richting logeeradres terug.

Hij heeft me eerder gevraagd waar ik logeer, ik heb de straatnaam gezegd omdat het een onmogelijke lange straat is, en zelfs verteld dat het in de buurt van de kerk is, maar de weg is daar zelfs als een lint om te kerk, maakt hem dus niets wijzer.

Ik loop alweer 10 minuten verder als ik achter mij hoor: “Madame, madame”, en kijk uit nieuwsgierigheid om, ook al omdat ik niemand in mijn omgeving zie.

Het is de visser, en of hij vis aan mij kan aanbieden en zelfs voor mij in mijn appartement kan klaarmaken en anders kan het ook dins- of woensdag want dan gaat hij ook vissen.

Jemig, heb ik dit aan mijn fiets hangen? Wat moet ik hier nou mee? Terwijl mijn omgeving zegt dat ik het diepe in moet en dames zeggen dat ik niet, en de heren zeggen dat ik wel de eerste de beste moet nemen, realiseer ik dat ik duidelijk nog niet zover ben, if ever, maar wat ga ik zeggen tegen de beste man?

“Dat is lief aangeboden van u, maar ik haat vissen” (hij dacht ik het verkeerd zei, maar ik bedoelde echt de gehele sport) en “daarnaast heb ik aan mijn oudste beloofd dat ik alleen iemand binnenlaat als hij erbij is. Het spijt me!”

Ik kijk er flink verontschuldigend bij en blijf in mijn rol !

Nou als ik nog van gedachte zou veranderen??

(Yeah, if hell freezes over!)

Met mijn ego aardig opgekrikt loop ik verder!

Ik bedoel maar, wie gaat er nou uit met iemand die zo slordig met zijn spullen omgaat dat hij zijn hengel gewoon achterlaat! Tjemig!

Volgens mijn jongens was het een heel clevere oppik line, vind ik ook, maar ik loop de rest van de week wel ergens anders !